Blogs over Alphen

« Vorige - Volgende »

Blog: Powervrouwen

29 mei 2019 - 14:58  •  Gerard van Gemert  •  reacties

Blog: Powervrouwen

Alphen aan den Rijn - Toevallig heb ik Ellen dinsdagavond op het vliegtuig gezet en dus stonden Poppie, ons pleegkind dat al ruim twee jaar en vanaf haar derde dag bij ons is, en ik er alleen voor. Onze eerste taak van de volgende dag was boodschappen doen. Nou ja boodschappen, meer lekkernijen die anders verboden zijn. Toen ik nog voor het Witte Weekblad schreef kon ik in de columns ongegeneerd vertellen wat Poppie en ik uitvraten als Ellen weg was. Het Witte Weekblad wordt in Kenia immers niet bezorgd en tegen de tijd dat ze terugkwam, zorgde ik ervoor dat de kranten afgevoerd waren. Hier moet ik iets beter op mijn woorden letten. In Kenia hebben ze ook internet.

De zon scheen, dus was de auto geen optie en stapten we op de fiets. Onder ons gezegd en gezwegen; ik kom niet zo vaak bij Hoogvliet, dus het was even zoeken waar de pap, de liga en die andere verboden dingen lagen. Ik zag veel mannen die vermoeid en lusteloos over hun kar hingen. Alleen bij het bier leefden ze even op. Op het briefje in de hand van hun vrouwen stonden de boodschappen ongetwijfeld in de volgorde zoals die in de schappen liggen. Dat had ik dus niet en daarom sjeesde ik kriskras door de winkel.

Best een gedoe, vond ik, boodschappen doen met zo’n kleintje erbij. Kind in het kinderzitje op de fiets, dan bij Hoogvliet van de fiets in het wagentje. Als het even tegenzit, gaat ze in de winkel dwarsliggen en zet ze het op een schreeuwen, met het gevolg dat alle ogen op je gericht zijn. Dan weer met boodschappentas van het winkelwagentje in het fietszitje en met tas en kind naar huis fietsen. Ik voelde een soort van trots dat dat allemaal best soepel verliep. Ik keek dan ook triomfantelijk in de rondte of mensen wel zagen hoe goed ik dat allemaal even organiseerde.

Bij het wegfietsen botste ik bijna tegen een moeder aan. ‘Voorzichtig Luca,’ zei ze tegen haar zoontje die op een klein fietsje naast haar reed. ‘Zet je fiets maar hier neer.’ Ze wees op een lege plek. Zelf zette ze haar fiets op mijn plek. Daarna haalde ze haar ene dochtertje uit het voorzitje en haar tweelingzusje van de achterkant van de fiets. Ze knikte me met glimmende ogen toe. ‘Heerlijk weer, hè?’

‘Zeker,’ mompelde ik vol bewondering.