Politiek - Overig

Alphen aan den Rijn - Als je de Alphense cijfers met elkaar vergelijkt, is duidelijk te zien dat de meeste partijen om en om een man en een vrouw in de bovenste regionen van hun kieslijst hadden staan. De twee uitzonderingen zijn SGP en Nieuw Elan. Bij de SGP gaat het om een principiële keuze, Nieuw Elan is een verhaal apart.

Zes van de elf partijen hadden een vrouw als lijsttrekker, de andere vijf plaatsten een man op de toppositie. De vrouwelijke lijsttrekkers van VVD, CDA, PvdA en D66 zijn met voorkeursstemmen gekozen. Veel mensen kiezen voor een partij en niet voor een persoon. Dan is het bovenste hokje snel rood gekleurd. Dit geldt vooral voor de landelijke partijen. 

De vrouwen van Beter Alphen en RGL zijn beiden als enigen van hun lokale partij gekozen.

Bovenste vrouw
Voor de overige partijen geldt dat zij bij een man als lijsttrekker een vrouw op positie 2 plaatsten en andersom. De vrouwen op positie 2 zijn allemaal met een behoorlijk aantal voorkeursstemmen gekozen. Het gaat dan om Caroline Blom (CU), Petra Hoogenes (Nieuw Elan), Marijke Kottenhage (GroenLinks) en Iris van de Kolk (SP). Hoogenes had overigens vier jaar geleden dezelfde positie op de lijst, maar profiteerde toen niet van het fenomeen 'bovenste vrouw'.

Nieuw Elan
Grootste partij Nieuw Elan had als enige slechts twee vrouwen in de top tien van de kieslijst. Zij zijn allebei met voorkeursstemmen gekozen. Dat is op zichzelf niet vreemd in deze lokale partij waarbij negen van de tien nieuwe raadsleden met voorkeursstemmen zijn gekozen. De reden hiervoor is dat alle topkandidaten een andere achterban hebben en ook allemaal een voorkeursactie op touw hadden gezet.

Bron voor de landelijke cijfers: NOS/Trouw/burgerinitiatief