Politiek - VVD

Alphen aan den Rijn - Morgen spreken we over de toekomstige werkwijze van de gemeenteraad. Startpunt is een enquete die onder raads- en commissieleden en wethouders van de drie gemeenten is gehouden. De uitkomsten zijn opvallend, en zijn voor een belangrijk deel terug te voeren op de cultuurverschillen die bestaan tussen de raad van Alphen aan den Rijn versus de raden van Boskoop en Rijnwoude. Alphen aan den Rijn kan veel leren van de buurgemeenten. Een belangrijk leerpunt is dat alle fracties, oppositie en coalitie, in Boskoop en Rijnwoude er van uitgaan dat iedereen, wethouders, oppositie en coalitie het beste voorhebben met de eigen gemeente. Dat men deels verschillend tegen de wijze van realisatie aankijkt, is logisch. Maar in tegenstelling tot Alphen aan den Rijn zijn de inspanningen niet gericht op het onderuit halen van wethouders, het ridiculiseren van elkaars standpunten en dergelijke, maar zijn de inspanningen uiteindelijk gericht op het handhaven en verbeteren van de gemeente en het leven van de inwoners. Het is af en toe beschamend als je de raad van Alphen aan den Rijn hoort spreken. Beschuldigingen als "bestuurlijke leugens" zonder dat dit met enig bewijs wordt gestaafd, moties van afkeuring en wantrouwen die over tafel vliegen (instrumenten die ongelofelijk bot aan het worden zijn), selectief shoppen in argumenten (de cultuurzone van NE is niet alleen afgewezen wegens de ruimte, maar ook vanwege de kosten, de parkeerproblematiek, het feit dat de cultuurzone aan de Hoge in plaats van de Lage Zijde ligt), onbetrouwbare overheid; het is in de Alphense raad maandelijks raak. Nog iets om te leren: ik roep reeds vele jaren dat we toe moeten naar een fase in de besluitvorming die de ruimte biedt om goed naar elkaars argumenten te luisteren en van mening te veranderen zonder meteen weer neergesabeld te worden als draaier. Daar hebben we nog steeds geen invulling aan gegeven. Resultaat is dat iedereen met vooringenomen standpunten naar de commissie komt en er geen ruimte meer is voor een andere mening. Gevolg is dat er veel moties en amendementen nodig(?) zijn om voorstellen van het college te veranderen. Door iets meer de tijd te nemen voor de besluitvorming, is de kans groter dat een besluit een breder draagvlak in de raad krijgt. Dat stelt ook eisen aan de tijdigheid waarmee stukken worden aangeleverd door het college. Te vaak gebeurt het nog dat uitstel niet mogelijk is. Dat betekent simpelweg dat de stukken eerder aangeleverd moeten worden, zodat het wel mogelijk is om een voorstel een maand later nogmaals te bespreken.Ik ben wel gecharmeerd van het ronde-tafel-model van Boskoop, waarbij de afspraak is dat raadsleden geen standpunt MOGEN innemen, en waar alle belanghebbenden aanschuiven om mee te praten; dat is uitnodigender dan het inspreekmodel dat Alphen aan den Rijn heeft. Opvallend is wel dat na de ronde tafel een stuk direct de raad in gaat (als ik het goed heb begrepen). Ik zou daar, met name bij ingewikkelder vraagstukken, nog een stap tussen willen hebben waarbij de raadsleden al discussierend met elkaar tot meningsvorming en eventueel standpuntbepaling komen. Maar het mooiste is dat standpuntbepaling pas in de raad zelf plaatsvindt. Tot volgende week.